Het was een mooie, natuurlijke bevalling in het ziekenhuis. De baby was te vroeg, maar haar start was super. Na de bevalling ging het echter snel mis met de mama. Ingrijpen was nodig. Oxytocine via een injectie en oxytocine samen met veel andere medicatie via een infuus werden gegeven. Het was spannend. De mama kon ik vanuit een hoekje blijven steunen door zonder woorden met haar te praten. Ze begreep het en kon zich overgeven aan wat nodig was.
Na de bevalling bleef deze mama nog een aantal dagen in het ziekenhuis. Ik kon aan haar merken dat het iedere dag moeilijker werd. Om nog te zorgen voor zichzelf en haar baby. Eenmaal thuis werd dat nog zichtbaarder. Er waren te veel prikkels en te veel verantwoordelijkheid. Hoopvol werd naar rust gezocht tijdens een nieuwe opname in het ziekenhuis. Ze heeft mij nog gevraagd om een nacht bij haar te blijven, zodat de papa eindelijk even kon slapen. Dat heb ik gedaan. Een volledige nacht ben ik bij haar geweest. We hebben samen gepraat, gedeeld, ervaren, gevoeld en gehuild. Ik heb haar hand vast gehouden totdat ze diep sliep. We waren verbonden.
Echter, het was niet genoeg. Deze mama had extra hulp nodig. Die heeft ze gekregen. In een vorm die ze zelf nooit had kunnen bedenken. Haar beeld van de bevalling en de periode daarna was prachtig! Mooi! En bijzonder!
Helaas, alles heeft ze uit handen moeten geven in de hoop op herstel. Ik blijf haar voelen, maar ook ik moest uit handen geven.
Ik vraag me af wat hier gebeurd is. Natuurlijk zijn er vele mogelijkheden. Maar in mijn hoofd blijft de oxytocine rond cirkelen. Ik ben op de hoogte van de bijwerkingen en dat is precies wat ik hier zag gebeuren. Ontstoren is een optie. Maar niet nu.
Deze mama wil graag via mij haar verhaal delen. En als zij eenmaal weer terug is zal ze dat ook zeker zelf gaan doen. Dat ziet ze als een stukje van haar missie. Ik ook. Dus, bij deze.